Dogfrisbee

 


Dogfrisbee is een leuke energieke sport voor baas en hond die al enkele jaren word beoefend in de VS.

Deze hondensport is nog niet officieel herkent door de KKUSH. Wat het interessant maakt voor alle geïnteresseerden. Je hond moet dus geen rashond zijn om te mogen deelnemen aan wedstrijden in de dogfrisbee. Voor vele mensen is Dogfrisbee een sport waar ze nog nooit over gehoord hebben. Maar geen paniek, dat komt omdat de Dogfrisbee hier in België nog in zijn kinderschoenen staat.

 

 

Ook bij onze buren in Nederland is de sport nog niet zo lang gekend. Zij staan al wel wat verder op vlak van deze sport maar niet getreurd ... ook bij ons maken we een sprongetje in de goede richting. Het doel is, om de hond een frisbee die door de handler gegooid wordt, te laten vangen. Ondanks dat iedereen vrij is om deel te nemen aan deze sport zou ik u er op willen wijzen dat dit geen sport is die voor iedereen geschikt is. Allereerst moet je kijken naar de veiligheid van je hond, de bouw en het gewicht van je hond moet je zeker in je achterhoofd houden. Niet alleen voor grote rassen moet men rekening houden met blessures, ook kleinere honden of honden met een korte neus (de platsmoelekes zoals we ze soms wel eens noemen) zijn minder geschikt voor deze toch wel intensieve sport. Naast de mogelijkheden van de hond zijn de capaciteiten van het baasje (de handler) niet te onderschatten. Door verkeerde werptechnieken kan een baasje zijn hond ongewild verwonden en dat willen we kost wat kost vermijden. Dogfrisbee is net als flyball en agility een sport die een aangepaste opleiding vraagt afhankelijk van de leeftijd. Pups laat je dus niet starten met hoge sprongen, maar houd je zo laag mogelijk. Zo kunnen ze wel het plezier van de frisbee leren kennen, maar dit met een minimum aan risico’s op blessures. Vanaf een leeftijd van 1.5 jaar kan je beginnen met je hond meer kennis laten maken met lage sprongen. Op die leeftijd heeft je hond al meer controle over zijn bewegingen. Als je kijkt naar de tophonden in deze sport merk je dat deze vaak al een leeftijd van 3 jaar hebben bereikt en al een hele weg hebben afgelegd.

 

Onderdelen in dogfrisbee

Distance: bij distance is het de bedoeling dat men vanachter een vaste startlijn binnen een bepaalde tijdsduur (60 of 90sec, afhankelijk van het reglement) zo veel en zo ver mogelijk een frisbee te werpen. Je hebt maar 1 frisbee dus is het de bedoeling dat je de frisbee zo werpt dat de hond hem kan vangen en weer bij je terugbrengen. Brengt de hond hem niet terug moet je zelf de frisbee gaan ophalen en mag je pas weer werpen wanneer zowel hond als handler achter de startlijn staan. Bij distance is een goede werptechniek van belang aangezien je binnen een afgebakend terrein moet blijven.

Freestyle: dit is een show tussen handler en hond. Bij dit gebeuren maakt men zoveel mogelijk gebruik van trucjes, werp- en vangtechnieken. Freestyle gebeurt op zelfgekozen muziek, waarop de handler dan een bepaalde routine uitvoert. Bij sommige verenigingen zijn er een aantal onderdelen vastgelegd die worden gescoord in een routine. Komen deze niet voor in de routine krijg je hiervoor geen punten. Er word geen onderscheid gemaakt in de rassen bij het vastleggen van deze onderdelen. Bij andere verenigingen zijn er geen vastgelegde onderdelen maar wordt er gescoord op catch – ratio, discmanagement, …

 

Wat heb je nodig bij Dogfrisbee

Frisbees natuurlijk. We gebruiken enkel frisbees die speciaal ontworpen zijn voor de dogfrisbee, dus geen plastieken frisbees die je soms in de reclame krijgt. De frisbees zijn zo ontworpen dat ze veilig zijn voor de honden. Ze bestaan uit een zacht materiaal wat kwetsuren tot een minimum herleid. Natuurlijk moeten we steeds in onze gedachten houden dat de frisbees steeds in goede staat moeten verkeren.

Frisbees met gaatjes, scheurtjes zullen vaak afwijken tijdens het werpen en kunnen de honden schade toebrengen. Er bestaan verschillende soorten frisbees waarin we 2 hoofdgroepen kunnen onderscheiden.

De niet – bijtvaste frisbees: deze frisbees worden vooral gebruikt om zelf werptechnieken te trainen, op wedstrijden, of voor honden met een zachte beet. Voor honden met een harde beet word dit niet aangeraden, daar ze snel gaatjes gaan vertonen van de tanden.

De bijtvaste frisbees: kunnen gebruikt worden tijdens de trainingen met de hond, deze worden niet altijd (afhankelijk van de vereniging) toegestaan op wedstrijden.

Onderhoud van de frisbees

Heel gemakkelijk, je kan ze in de vaatwasser stoppen. Eventuele beschadigingen kan je bijwerken met fijn schuurpapier. Houd er ook rekening mee dat sommige frisbees gevoelig zijn aan temperatuur. Wanneer het te koud word stelt men vast dat ze sneller stuk gaan.

 

Veiligheid
In de beschrijving van dogfrisbee werd er reeds aangehaald dat men steeds het gezond verstand moest gebruiken bij deze sport.

 

Het terrein
Gebruik steeds een vlak terrein. Kort gemaaid gras is een must zo kan je het terrein goed controleren op eventuele onregelmatigheden. Stokken, steenpuin, overmatig veel kuilen brengen de veiligheid van de hond en de handler in gevaar. Controleer daarom elke keer het terrein alvorens de frisbee ter hand te nemen.

 

De hond
Laat je hond nooit vlak voor of onmiddellijk na een training of wedstrijd eten of drinken. Na een inspanning kan een hond geneigd zijn om te snel en te veel te drinken of te eten, wat maaglast kan veroorzaken.
Ook sporten met een volle maag is niet aangewezen.
Dogfrisbee is een zeer explosieve sport. De trainingen met de hond mogen dan ook niet te lang duren. Het vraagt immers zeer veel energie en inzet.
Ook is een goede opwarming en een cooling – down zeer belangrijk. De opwarming van de spieren kan op verschillende manieren gebeuren. Bij de ene hond gebeurt dit door middel van massage, bij de andere is eventjes de spieren loslopen belangrijker.
Tijdens de training of in een routine op wedstrijd is het beter dat je start met lage worpen, of zelfs rollers zodat de hond nog een extra opwarmertje heeft alvorens aan de hoge sprongen te beginnen. We willen u er ook op wijzen dat, ondanks dat het spectaculairder is, het niet aan te raden is om zeer hoge sprongen uit te voeren alvorens de hond goed getraind is in het springen en landen. En wat hier ook zeer belangrijk bij is: een goede werptechniek van de handler. Door een verkeerde werptechniek kan je de hond ook hoog laten springen, maar komt de hond vaak slecht neer wat de kans op blessures verhoogt.
Ook de cooling – down kan je op verschillende manieren opvatten.
Een rustige wandeling is GEEN cooling – down, het melkzuur moet uit de spieren gehaald worden, de hond eventjes laten draven is hiervoor een aangewezen oplossing.
Ook kan je de honden eventjes laten zwemmen, dit ontspant de spieren ook na zo’n inspanning.

 

Weersomstandigheden

Het spreekt voor zich dat je rekening houdt met de buitentemperatuur alvorens je gaat frisbeeën met je hond. Op warme dagen kan je best wachten tot de avond valt en de warmte wat verdwenen is. Bij hoge temperaturen raken de honden sneller oververhit. Ook lage temperaturen zijn niet goed voor een hond. Wanneer het echt te koud is kan er onderkoeling optreden. Naast de temperatuur is ook de wind een belangrijk aandachtspunt. Wanneer er een te sterke wind staat is het aangeraden om het bij lage worpen te houden, en je routine en training dus aan te passen. Het zou onverantwoord zijn om tijdens een felle wind je hond een extreme sprong te laten maken.
Dogfrisbee is een fantastische sport die je met heel veel plezier jarenlang kan beoefenen wanneer je de veiligheid in acht neemt.

 

Tot slot
Oefen nooit te lang en/of te intensief achter elkaar. Bouw een training systematisch op en probeer telkens te stoppen voor je hond moe is of het beu is om achter de frisbee aan te rennen.

 

Foto's: Fotograaf Monique Smith (Jaba foto's)

Met dank aan: Dogfrisbee Fanatics

Sheltie Fever, magazine nummer 11.